Recepten voor één of twee personen
Op Kookidee vind je makkelijke recepten zoals ik ze zelf thuis maak. Ik bereid zelf alles voor vier personen zodat we of een restje overhouden of een restje weg kunnen geven. Gelukkig zijn de meeste recepten makkelijk om te rekenen zodat je mijn recepten voor één of twee personen kan bereiden.
Dit is niet altijd een kwestie van alle ingrediënten even halveren of door vieren delen. Achtste theelepeltjes en halve snufjes werken namelijk niet fijn. In dit artikel hoop ik je een aantal handige tips te geven waardoor je mijn recepten ook voor minder personen kan maken.
Eenpersoons recepten
Ik schreef dit artikel naar aanleiding van een vraag die ik via Facebook kreeg. Deze vraag was of ik ook eens eenpersoons recepten kon bedenken. Toen ik zei dat je de meeste ingrediënten gewoon kan halveren kreeg ik het antwoord dat er dan halve paprika’s en kroppen sla over zouden blijven.
Dat is inderdaad het geval als je alles één op één zou overnemen maar gelukkig is hier een makkelijke oplossing voor. Door te variëren met ingrediënten kan je namelijk heel eenvoudig dezelfde recepten in kleinere porties maken. Hieronder lees je hoe ik dat zelf zou doen.
Groenten vervangen
Als je voor een recept met groenten als paprika’s, sla of bijvoorbeeld worteltjes aan wilt passen houd je inderdaad stukken groenten over. Veel makkelijker is het om hier creatief mee om te gaan en naar vervangende groenten te zoeken met dezelfde eigenschappen. Deze kan je namelijk makkelijk omwisselen en je houdt zo veel minder over.
In plaats van een rode paprika kan je bijvoorbeeld een puntpaprika kiezen. Dit is een veel kleinere variant waarvan de smaak niet heel veel af zal wijken. En in plaats van een zak wortels kan je bijvoorbeeld een kleine winterpeen kopen. Misschien een iets andere smaak maar prima als alternatief.
En zo zijn voor heel veel groenten geschikte alternatieven te bedenken. Neem in plaats van een krop ijsbergsla bijvoorbeeld een kropje baby romaine, kies voor een mini-broccoli of -bloemkool of koop een klein zakje voorgesneden. Vaak zijn deze namelijk in kleinere verpakkingen te koop.
Ook vind je bij steeds meer supermarkten maar in ieder geval bij de groenteboer groenten die je zelf afweegt. Ook op deze manier kan je eenvoudig een kleinere hoeveelheid gebruiken voor een recept. Ook kan men hier goed advies geven over een geschikt alternatief.
Toch groente over?
Bovenstaande kan misschien niet bij alles waardoor je soms toch wat groenten overhoudt. Wat je kan doen is het restant blancheren (heel kort koken) en daarna invriezen. Zo kan je dit restant later gebruiken in een gerecht, je hoeft het dan alleen maar uit de vriezer te halen.
Ook kan je van bijna iedere groente een lekkere soep maken. Kook het resterende deel in wat bouillon en breng op smaak met peper, zout en kruiden naar smaak. Je kan deze soep een paar dagen in de koelkast bewaren of invriezen voor een later moment. Zo hoef je dus niets weg te gooien.
Bovendien vind je onderaan ieder recept handige links met alle gebruikte ingrediënten, te herkennen aan het grijze blokje. Door hier op te klikken krijg je genoeg andere recepten te zien waar je deze ingrediënten voor kan gebruiken.
Kruiden
Ook het gebruik van verse kruiden is bij kleinere porties niet altijd even handig. Je houdt veel over maar kan dit best lang in de koelkast bewaren door ze in een vochtig keukenpapiertje te wikkelen. En als je wat standaard kruidenplantjes als bieslook, peterselie of basilicum koopt heb je altijd verse kruiden in huis, ook als je maar een beetje nodig hebt.
Een handig alternatief kan het gebruik van gedroogde kruiden zijn. Deze zijn veel langer houdbaar en zet je gewoon in je keukenkastje. Omdat de smaak wat sterker is moet je wel iets minder gebruiken. Standaard heb ik altijd gedroogde kruiden als rozemarijn, peterselie en Italiaanse kruiden in huis.
Hoeveelheden en tijden omrekenen
De meeste hoeveelheden kan je makkelijk omrekenen door ze gewoon te delen of te vermenigvuldigen als je juist méér wilt maken. Ook bij hoeveelheden als theelepels en eetlepels kom je met een setje maatlepels een heel eind. Worden de hoeveelheden te klein dan doe je dit gewoon op gevoel en proef je even tussendoor. Je merkt dan al snel of je op de goede weg zit, bij twijfel gebruik je altijd iets minder omdat later wat toevoegen makkelijker is dan weghalen.
Kooktijden blijven meestal gelijk, onafhankelijk van de hoeveelheid. Je kookt 200 gram snijbonen namelijk net zolang als 400 gram snijbonen. Oventijden zijn meestal iets minder maar hier is geen gouden omrekenwet voor te bedenken. Vertrouw op je ogen en je smaak, en ook hierbij geldt liever iets te kort dan te lang. Je kan een ovenschotel altijd wat extra opwarmen als deze nog niet goed is maar eenmaal verbrand kan je het weggooien.
Restjes bewaren en opwarmen
Je kan er natuurlijk ook voor kiezen om de gewone hoeveelheden in een recept aan te houden en de restjes te bewaren voor later. De meeste recepten zijn makkelijk in te vriezen, vries ze dan wel in kleinere porties in zodat je niet opnieuw in gaat vriezen. Meestal warm ik restjes zelf op in een koekenpan of hapjespan. Bij stamppotten voeg ik een klein beetje water toe en verwarm ze tot de gewenste temperatuur.
Ovenschotels kan je makkelijk opnieuw opwarmen in de oven. Meestal zo’n 25 minuten op 160 graden, eventueel met wat aluminiumfolie eroverheen om uitdrogen te voorkomen. Pizza’s warm je weer op in een hete droge koekenpan zodat je een lekker knapperige bodem houdt. En ingevroren soepen haal je ‘s ochtends uit de koelkast en warm je ‘s avonds in een steelpannetje op.
Hopelijk heb je iets aan deze tips als je mijn recepten voor één of twee personen wilt bereiden. Kook je toch liever een écht eenpersoonsrecept dan vind je heel wat eenpersoons recepten bij Smulweb.