Spruitjes en bacon uit de oven met geroosterde rozemarijn aardappels

Bereidingswijze

Verwarm je oven voor op 220 graden en zet twee bakplaten klaar. Eentje voor de spruitjes met bacon en eentje voor de aardappels. Heb je maar één ovenplaat dan kan je de aardappels eventueel ook bakken in een hapjespan. Kook ze dan wel eerst tien minuten voor.

Maak de spruitjes schoon door de onderkant een klein stukje af te snijden. Halveer de spruitjes daarna en doe ze in een mengkom, het meeste werk zit er nu alweer op. Snijd de plakken bakbacon vervolgens in kleine blokjes en doe ook in de mengkom.

Ris de naaldjes van drie takjes rozemarijn en hak fijn met een koksmes, doe in de mengkom. Giet er nu ruim olijfolie bij, kruid met een flinke snuf grof zeezout en wat versgemalen peper en roer alles goed door elkaar. Stort de inhoud van de mengkom op één bakplaat, spreid goed uit en zet klaar voor zo.

Boen vervolgens de aardappelen schoon en snijd deze zigzag in driehoekige plakken, wedges noem je dit. Snijd ze in de lengte nogmaals doormidden en verdeel ze over de tweede bakplaat. Sprenkel er ruim olijfolie over en ris de overige drie takjes rozemarijn, hak fijn en strooi over de aardappelwedges. Strooi er nog wat grof zeezout over en schuif de ovenplaat 25 minuten in de voorverwarmde oven.

Doe er na vijf minuten de bakplaat met spruitjes en bacon bij en laat deze nog 20 minuten meebakken. Hou vooral tegen het einde van de oventijd de spruitjes goed in de gaten, ze mogen wat blakeren maar moeten natuurlijk niet pikzwart worden. Serveer de geroosterde aardappelen uit de oven op de borden en schep hier de spruitjes met bacon bij.