Mini quiches met prei, parmaham en Gruyère

Bereidingswijze

Verwarm je oven vast voor op 200 graden. Zet acht met boter ingevette miniquiche vormpjes op een bakplaat of -rooster. Zet een hapjespan op laag vuur en laat deze goed warm worden.

Snijd de prei en lenteui in ringetjes en hou even apart. Dep de zongedroogde tomaatjes een beetje droog en snijd vervolgens in kleine stukjes. Snijd ook de plakjes parmaham in kleine stukjes.

Verhit een scheut olijfolie in de hapjespan en bak de parmaham hier een minuutje in aan. Voeg vervolgens de prei, lenteui en zongedroogde tomaat toe en bak een paar minuten mee. Breng op smaak met wat versgemalen peper en zet het vuur uit.

Haal de plakjes deeg uit de vriezer en laat een paar minuten ontdooien. Breek intussen vier eieren boven een mengkom en schep hier de crème fraiche bij. Voeg de helft van de Gruyère toe aan de mengkom en klop alles door elkaar. Breng op smaak met wat versgemalen peper en zout en zet klaar voor zo.

Leg in ieder vormpje een plakje deeg, zorg dat er nog net een randje over het vormpje hangt. Verdeel het preimengsel over de vormpjes en verdeel hier vervolgens het eiermengsel over. Druk nu de overhangende randjes van het deeg weg door deze op het vormpje te drukken. Zo kan je het deeg makkelijk lostrekken.

Verdeel vervolgens de resterende Gruyère over de quichevormpjes en schuif de bakplaat 20 minuten in de oven. Als de quiches mooi goudbruin zijn geworden kan je ze uit de oven halen. Laat de vormpjes een paar minuten afkoelen en stort de miniquiches eruit. Gewoon ondersteboven houden en ze laten zo los.

Deze miniquiches kan je meteen serveren of bewaren voor een andere keer. Zowel warm als koud zijn ze heerlijk. Wil je ze later opwarmen dan kan dat in een gewone koekenpan of ongeveer zeven minuten in een oven van 160 graden.